In het kort:
De verkiezingen in Myanmar zijn allesbehalve vrij of eerlijk, terwijl het land wordt verscheurd door een burgeroorlog die al bijna vijf jaar duurt.
- Ongeveer de helft van Myanmar kan niet stemmen vanwege de aanhoudende gewapende conflicten in het land.
- Belangrijke oppositiepartijen zijn uitgesloten of boycotten de verkiezingen, terwijl de partij van Nobelprijswinnaar Aung San Suu Kyi is opgeheven.
- De door de junta gesteunde partij USDP, geleid door oud-generaals, zal naar verwachting de grootste worden door superieure organisatie en financiering.
Achter de schermen:
Het militaire regime probeert legitimiteit te verkrijgen na de staatsgreep eind 2020, toen Suu Kyi's partij de verkiezingen had gewonnen. Na de staatsgreep werden burgerprotesten keihard neergeslagen, wat leidde tot een gewapende rebellenbeweging die nog altijd actief is.
Wat volgt:
De verkiezingen worden in drie fases gehouden, waarbij sommige regio's pas op 11 of 25 januari aan de beurt zijn. VN-rapporteur Tom Andrews noemt de verkiezingen "absurdistisch theater opgevoerd met een pistool op je gericht".


