In het kort:
Het college stelt dat loonverschillen gebaseerd op woonland in strijd zijn met het discriminatieverbod, ondanks cao-afspraken die dit toestaan.
- Een Filipijnse zeeman op een Nederlandse tanker en een Indonesiër op een werkschip verdienen ongeveer de helft minder dan Europese collega's
- Reders beriepen zich op het 'woonlandbeginsel' uit cao's, waarbij lonen worden aangepast aan het prijspeil van het thuisland
- Het college verwierp ook het argument dat loonverschillen nodig zijn om concurrerend te blijven
Het grote plaatje:
Het college herziet hiermee een eerder oordeel uit 1997 en noemt de praktijk "een erfenis uit de koloniale tijd". Directeur Annet Koster van de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders toont zich verbaasd en waarschuwt dat afwijking van internationale praktijken het gelijke speelveld ondermijnt.
Wat volgt:
Bijna veertienduizend zeevaarders hebben zich aangesloten bij de Stichting Equal Justice Equal Pay. Nederlandse reders moeten nu oplossingen zoeken om zeevaarders te compenseren voor jarenlange onderbetaling, terwijl de sector het oordeel bespreekt met overheid en sociale partners.