In het kort:
Het kabinet-Schoof kende vanaf de eerste dag constante ruzies die het vertrouwen in de politiek naar een recordlaag hebben gebracht.
- Chronisch wantrouwen tussen PVV, VVD, NSC en BBB leidde tot emotionele uitbarstingen en interne conflicten over asiel, begroting en omgangsvormen
- Het vertrouwen belandde op een absoluut dieptepunt: nog maar 6 procent heeft vertrouwen in de Nederlandse politiek en 9 procent in de Tweede Kamer
- Kiezers willen dat verkiezingen gaan over woningmarkt (42%), immigratie (38%) en zorg (29%), niet over buitenlandbeleid
Het grote plaatje:
De onervarenheid van veel betrokkenen versterkte de chaos volgens emeritus-hoogleraar Voerman.
Premier Schoof had geen machtsbasis als ongebonden leider, terwijl partijen als NSC en BBB geen bestuurservaring hadden. "Het kabinet is geïmplodeerd door onvermogen", stelt Voerman. Ook de oppositie faalde met blunders zoals de Keti-Koti-affaire van GL/PvdA.
Vooruitkijkend:
SCP-onderzoeker Den Ridder verwacht geen snelle verbetering van het politiek vertrouwen. Met wereldwijde onrust en alle moeilijke dossiers die nog liggen, ontbreken de ingrediënten voor herstel op korte termijn.
