In het kort:
Orsted, wereldmarktleider in offshore windenergie, kampt met grote financiële problemen ondanks zijn succesvolle transformatie van olie- naar windenergie.
- Het bedrijf ontslaat 2000 van de 8000 werknemers om 267 miljoen euro te besparen
- Bouwkosten voor windparken zijn met 30 tot 40 procent gestegen
- Amerikaanse projecten stuitten op weerstand tijdens de Trump-periode
Het grote plaatje:
De windenergie-industrie worstelt met onzekerheid over de energietransitie en falende aanbestedingen. Meerdere aanbestedingen voor nieuwe windparken in Duitsland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk zijn recent mislukt vanwege de hoge kosten en onduidelijkheid over de overgang van gas naar elektriciteit.
Wat volgt:
Orsted richt zich nu weer primair op Europa en Azië na de Amerikaanse tegenslagen. Het bedrijf deed deze week een aandelenuitgifte om het eigen vermogen te versterken. In Nederland, waar Orsted de windparken Borssele 1 & 2 bouwde en ongeveer honderd mensen in dienst heeft, kondigt de regering subsidies aan voor nieuwe windparken vanaf volgend jaar.