In het kort:
Het rompkabinet van VVD en BBB vermijdt grote beslissingen en laat pijnlijke keuzes over aan het volgende kabinet na de verkiezingen van 29 oktober.
- Het kabinet wil investeren in defensie, vrije handel bevorderen en de koopkracht van middeninkomens versterken
- Oppositiepartijen vinden dat er meer moet gebeuren en willen de begroting uitbreiden of veranderen
- Na de verkiezingen zullen de plannen voor 2026 sowieso worden aangepast door een nieuw kabinet
Wat volgt:
De partijen hebben duidelijk verschillende prioriteiten voor het komende jaar en willen hun stempel drukken op de begroting.
- GroenLinks-PvdA wil na de verkiezingen de woningbouw versnellen, D66 en SP willen onderwijsbezuinigingen schrappen
- PVV-leider Wilders, als eerste spreker namens de grootste oppositiepartij, lijkt niet van plan een mildere toon aan te slaan
- VVD-leider Yesilgöz hoopt dat oppositiepartijen niet "met een meerderheid de boel totaal zullen verbouwen"
De onderste regel:
Ondanks koning Willem-Alexanders oproep tot samenwerking blijft de politieke verharding zichtbaar. Het demissionaire kabinet probeert de rust te bewaren tot de verkiezingen, terwijl oppositiepartijen hun kans grijpen om hun eigen agenda te promoten.