In het kort:
Israël heeft een ongekende aanval uitgevoerd op Hamas-leiders in Qatar, een land dat doorgaans als veilige haven geldt voor de organisatie.
- Khalil al-Hayya, een prominente Hamas-leider, werd specifiek onder vuur genomen tijdens de operatie
- Qatar veroordeelde de aanval als "laf" en een schending van het internationaal recht
- President Trump zou vooraf hebben ingestemd met de militaire actie
Het grote plaatje:
De timing van de aanval is opvallend, omdat Hamas-leiders juist bijeenkwamen om een Amerikaans staakt-het-vuren voorstel te bespreken. Israël rechtvaardigt de actie door te stellen dat de aangevallen leiders "rechtstreeks verantwoordelijk zijn voor het bloedbad van 7 oktober".
Achter de schermen:
Qatar speelt al jaren een cruciale rol als gastheer voor Hamas-leiders en bemiddelaar in vredesbesprekingen. Een Israëlische functionaris beweert dat Qatar van tevoren werd geïnformeerd over de aanval, wat suggereert dat er mogelijk stilzwijgende toestemming was ondanks de publieke veroordeling.